Maandelijks archief: mei 2015

de liefde als hoogste goed

Tussen oorlog van met z’n tweeën en ontberingen van alleen zijn moet de volmaakte omgang liggen’, dichtte Elly de Waard in haar debuutbundel Afstand. Een stelling die menig (echt)paar zal onderschrijven. Het is ook mijn persoonlijke ervaring. Als samen zijn niet meer werkt, voelt alleen zijn als een bevrijding. Maar géén partner hebben is af en toe verdomde eenzaam.

De Franse filosoof Ruwen Ogien is er stellig over: ‘Romantische liefde duurt niet eeuwig. Hooguit drie jaar. Niemand is onvervangbaar, ook jouw eeuwige liefde niet.’ Ogien schreef er een boek over, Philosopher ou faire l’amour. In een uitstekend interview in Vrij Nederland (dank voor het delen, Marjan!) zegt Ogien: ‘De romantische liefde was vooral een literaire werkelijkheid. Alleen is het vandaag de norm geworden in ons dagelijks bestaan: een man en een vrouw, trouw aan elkaar en voor eeuwig verbonden.’ Ogien gelooft er niet in: ‘Die lofzang op de liefde is een soort spreekbuis geworden van een nieuw conservatief gedachtegoed (…). De liefde als hoogste goed is een rechtvaardiging om elke innovatie tegen te houden als het gaat om het huwelijk, seksualiteit en voortplanting.’ Het homohuwelijk bijvoorbeeld, waar in Frankrijk zeer heftig tegen geageerd werd. Of de opvatting ‘seks zonder liefde is slecht’. Ogien: ‘Er is geen empirisch bewijs voor de stelling dat seks per definitie beter is mét liefde. Er zijn zelfs redenen om te denken dat liefde juist een obstakel is voor bevredigende seks.’

Moeten we hierdoor bitter worden? Ik vind van niet. Ogien schetst eerder een realistisch dan een cynisch beeld. Ook ik merk ik dat ik véél kritischer ben geworden over het idee liefde is for always. Vanaf mijn 20e heb ik non-stop een man aan mijn zij gehad – het is voor het eerst dat ik maandenlang single ben. Ik ontdek nu dat ik het prima naar m’n zin kan hebben in m’n eentje. En dat alleen zijn helemaal zo deerniswekkend niet is. Ogien concludeert in het interview in Vrij Nederland: ‘Liefde is niet onbelangrijk, maar ook niet het belangrijkste in ons bestaan. Persoonlijk zou ik eerder de liefde opgeven dan de vrijheid.’ Aanvullend zou ik willen stellen: liefde is wel degelijk belangrijk, maar het komt op allerlei manieren naar je toe. Ook zónder exclusieve partner-voor-het-leven.

op het Wed, 01.20 uur

Mijn fiets is van hOrloff. 01.20 uuret slot. De nachtelijke tocht van Wed naar huis kan beginnen. Gewoontegetrouw laat ik mijn ogen langs de gevels van de kroegen naar boven glijden. Nog één blik op de Dom, dan ga ik er echt vandoor. Ik zie de sfeervol verlichte toren en kijk naar de klok. Ook dat beeld van de wijzerplaat is zo vertrouwd. Het is tien voor half twee. Vaste prik. Zomer of winter, doordeweeks of in het weekeind: zit ik met mijn allerbeste maatje in de stad, dan lukt het nooit om tijdig af te blazen. Het is geen bewuste keuze. Het gaat vanzelf.

Dat je zit te praten in een overvol café en dat het steeds rustiger wordt om je heen. Dat de jongen van de bediening nog best een drankje in wil schenken, maar er fijntjes bij vermeldt: ‘Dit is de laatste ronde.’ Dat je de geur ruikt van natte vaatdoekjes en vanuit je ooghoeken ziet dat de terrasstoelen en -tafels worden opgestapeld. En dat dan de onvermijdelijke bon op tafel wordt gelegd en je met zachte dwang gemaand wordt af te rekenen. Dat je naar de bar loopt om te pinnen en dan pas ziet dat het uitgestorven is om je heen. Dat je, terwijl je je jas aantrekt, merkt dat het personeel zich inhoudt om niet metéén dat laatste tafeltje dat nog bezet was eindelijk te kunnen leegruimen. En dat je weet: het is een kwartier na sluitingstijd, maar wat waren ze weer coulant. We mochten nog éven blijven zitten met dat laatste bodempje wijn in het glas.

Het is 01.25 uur en ik fiets de Oudegracht over, richting huis. En ik besef wat ware vriendschap is. Nimmer uitgepraat te raken. Keer op keer weer tijd te maken om elkaar te treffen onder de schaduw van de Dom. Ik bid dat het moment dat ik al om 22.30 uur mijn sleutel in het fietsslot steek daar op het Wed, nooit aan zal breken.

Facebook in tijden van crisis

In tijden van crisis is Facebook een slangenkuil. Met kiekjes van happy families onder de kerstboom, blije stelletjes op Valentijnsdag en exen die ogenschijnlijk nog nooit zó gelukkig zijn geweest. Het is de dorpspomp in het kwadraat. Ontvriend worden, reacties met een dubbele bodem, reacties die uitblijven: als je tóch al wenend op de bank zit, is dit alles niet bevorderlijk voor je welzijn. Anderzijds is het Smoelenboek soms ook heel opbeurend. Er zijn momenten dat de Facebookfamily me er echt doorheen sleept.

Facebook wéét ook zoveel. Bij mijn ‘relatiestatus’ (wie kende dit woord vóór Facebook bestond?) vulde ik jaren geleden braaf in ‘heeft een samenlevingscontract’. Alsof ik me bij het loket van Burgerzaken bevond. Na de zomer besloot ik deze informatie te verwijderen. Ik had kunnen kiezen voor ‘het is ingewikkeld’ en een paar weken later voor het ietwat sneue ‘vrijgezel’. Maar, dacht ik: dat gaat geen mens wat aan. En dus heb ik tot op de dag van vandaag niets in het betreffende hokje ingevuld. Dat laat Facebook echter niet op zich zitten. Er moet iets aan de hand zijn, wordt er op het hoofdkantoor geconstateerd. Met als gevolg dat ik geen advertenties meer ontvang voor gezinsvakanties naar Center Parks, maar het advies om lekker tot rust te komen tijdens een yogatripje naar Bali. Ikrelatieconsulent worden krijg ‘leuke mannen uit de regio’ voorgeschoteld door Lexa en Zook. En hypotheekadviezen, terwijl ik goddank alweer vele maanden huur. De  mooiste in de reeks doelgroepadvertenties vond ik wel de voorgestelde pagina ‘consulent worden bij Mens & Relatie’. Hè ja, Facebook, na al het geploeter in mijn eigen relatie lijkt het me héérlijk om me nu eens te verdiepen in andermans echtscheidingsleed – bedankt voor de tip!

Tegelijkertijd weet Facebook heel veel dingen níet. En laten we dat vooral zo houden. Lang leve de vriendschappen IRL!

Feminisme? Nergens voor nodig

Is feminisme nog nodig? Nee, vinden mijn kinderen, wanneer ik de kwestie aan tafel bespreek. Mannen en vrouwen zijn verschillend en dat is prima, stellen ze. En ze hebben toch gelijke rechten? Dus feminisme – da’s compleet achterhaald.

Enerzijds hartverwarmend dat ze deze mening zijn toegedaan. Het betekent dat er goed werk is verricht de afgelopen decennia. Kennelijk zijn er m/v-rolmodellen genoeg, is het volstrekt logisch voor ze dat ze kunnen studeren wat ze willen en voelen meisjes zich niet achtergesteld bij jongens. Anderzijds vind ik het jammer dat het ‘F-woord’ zo beladen is bij de volgende generatie. Volgens mij komt het F-boek, een bundel artikelen over de stand van zaken in het hedendaagse feminisme, dan ook precies op tijd.

Op vrijdag 8 mei bezoek ik een thema-avond over feminisme van nu bij mijn favoriete boekhandel, Savannah Bay. Anja Meulenbelt en Renée Römkens vertellen er over het ontstaan van hetF-boek bij Savannah Bay F-boek. Daarnaast horen we enkele persoonlijke verhalen van jonge vrouwen die een bijdrage leverden aan het boek. Zoals Lauren Smits, mede-oprichter van Doetank PEER. Ze vertelt dat zij bij een studentenvereniging zit die liftwedstrijden organiseerde. Stelregel was dat een jongen en een meisje samen mochten liften. Twee jongens mochten dat ook. Maar twee meisjes niet. Dat zou te gevaarlijk zijn. Dit maakte Lauren boos: nog steeds wordt meisjes en vrouwen geleerd dat zíj uit moeten kijken, terwijl de oorzaak voor verkrachting niet ligt bij hen, maar bij de verkrachters – over het algemeen mannen.

Marloes Meuzelaar is een van de andere spreeksters. ‘Wat ben je? Homo, bi, single, feminist? Mensen hebben behoefte aan overzicht, aan hokjes waarin ze alles en iedereen kunnen indelen,’ zegt Marloes. Omdat ze dit hokjesdenken zat was, is ze mede-initiatiefnemer van Queer Amsterdam. Dit is een pilot voor een tv-serie waarbij alle personages zich identificeren als queer. Ze vertelt over haar eigen twijfels: is ze wel een goede feminist? En nu haar partner man is geworden, is ze eigenlijk geen lesbiënne meer, maar hetero. Of toch niet? Toen ze hierover in discussie ging met een klas vol pubers, zei één van haar leerlingen treffend: ‘Liefde kent geen hokjes.’ Ook feminisme past niet in een hokje, betoogt Marloes: het is een begrip dat telkens in beweging is, je moet het aanpassen aan de situatie, de tijd en het individu.

Veel meer onderwerpen passeren de revue. Zoals feministische sletten, rolmodellen, feminisme & religie en de strijd binnen de vrouwenbeweging zelf. In deze tijd is er bijvoorbeeld veel minder aandacht voor zwarte en migrantenvrouwen dan twintig jaar geleden. Kortom: er zijn thema’s genoeg. Want feminisme is veelkleurig en divers. Zo divers, dat veel onderwerpen niet in het F-boek konden worden opgenomen. Anja Meulenbelt zei tegen mensen die hierover hun beklag deden: ‘Je hebt gelijk. Lang niet alles staat erin. Doe er wat mee.’ Geen allerhartelijkst antwoord wellicht. Maar al die aardigheid, wat kopen we ervoor, merkt iemand in de zaal op: ‘Zolang vrouwen vinden dat ze aardig gevonden moeten worden, is feminisme nodig.’ En die kan ik in m’n zak steken.

 Meer over het F-boek van Atria / Spectrum Op de site van Atria staan meer blogs over het F-boek en m/v-zaken.