Categorie archieven: actualiteit

…en dat was 2015

Gelukkig ontvang ik nog steeds veel kerstkaarten. Ik houd van handgeschreven post. Dit jaar staan er opvallend veel warme, persoonlijke teksten op de kaarten. Teksten die me doen beseffen wat een bijzonder jaar het was. Aan de hand van drie steekwoorden blik ik op 2015 terug.

Kracht  Dit jaar werd heel veel anders. Het gezin van zes personen viel uit elkaar. Na elf jaar samenleven gingen mijn kinderen en ik met z’n drieën verder op een nieuw adres. En dat viel niet altijd mee, die eerste maanden van 2015. Of het nou ging om een lekke band, haperende apparatuur of mijn boekhouding – keer op keer herhaalde ik de woorden: ‘Ik weet niet hoe dat werkt, want dat deed híj altijd.’ Maar tegelijkertijd ontdekte ik mijn eigen kracht. Ik leerde boren, fietskettingen omleggen, rookmelders vervangen. Spinnen en door de katten uiteengereten muizenlichaampjes ruimde ik koelbloedig op. Een paar keer per week sleurde ik loodzware boodschappentassen de woning in. En waar de kracht ontbrak, schakelde ik anderen in. De kinderen bijvoorbeeld. Wat een kanjers zijn het. Samen hebben we het maar mooi gered dit jaar. Zoon ploetert op mijn Excelsheets en brengt vuilniszakken naar de afvalbak. Dochter grijpt in als de rommel in huis te groot wordt. Mijn ouders en vrienden staan regelmatig voor me klaar. En grote dank gaat uit naar mijn boekhouder. Als ik weer eens radeloos naar de getallen in mijn boekhoudprogramma staarde en in verwijfeling met mijn hoofd op het tafelblad bonkte omdat ik mijn bedrijfsadministratie niet meer zag zitten, pakte ik de telefoon en was tien minuten later weer gerustgesteld.

IMG_0564Ontmoetingen Wat heb ik veel nieuwe mensen leren kennen dit jaar!  Op feesten. In de kroeg. Op Keiland. In mijn wijk. Via internet. Het mooie van het single-bestaan is dat je niet altijd op tijd thuis hoeft te zijn. Dat je spontaan kunt besluiten te blijven. Of juist ‘s avonds na tienen nog de deur uit kunt gaan. Ik heb een netwerk opgebouwd van mensen die samen eten, naar festivals gaan, soep voor elkaar koken. Mensen die me mijn nieuwe wijk leerden kennen. Met wie ik bijzondere dingen ondernam. Tegelijkertijd waren er de vrienden van vóór 2015. Met enkelen van hen is de band versterkt. Zij voelen als familieleden. Ik ben zó blij dat ik ze heb!

Traagheid Ik leerde nog iets speciaals dit jaar: ik mag de tijd nemen voor dingen. Met dank aan mijn haptonoom, die me bij elk consult liet zien dat kleine stapjes heel goed werken. Ik was jarenlang gewend snel beslissingen te nemen, ook al voelde het soms tegennatuurlijk. Nu denk ik vaak: dat komt morgen wel. Of: misschien doe ik het gewoon niét. Ook ben ik trots als er weer een stap in de goede richting is gezet. Vooral als het gaat om dingen waar ik een hekel aan heb. Ik heb het toch maar mooi gefikst, dat huishouden in mijn eentje. In mijn eigen tempo. En op mijn eigen manier.

Er kan nog veel anders en beter. Maar dat komt. In 2016 en daarna.

weerloos

Onschuldige mensen waren het, die vrijdagavond omkwamen in Parijs. Jongeren op een terras. Concertgangers. Mensen die genoten van het weekeind dat net begonnen was. ‘We zijn weerloos,’ kopt één van de krantenartikelen vandaag over de aanslagen. Een Parijzenaar zegt in het artikel: ‘Elke willekeurige burger is nu het slachtoffer. We zijn bang.’

Waardevolle mensenlevens zijn bruut beëindigd. Het is niet te bevatten. De woorden ‘oorlog’ en ‘wraak’ zijn overal te horen en te lezen. De angst is voelbaar. Maar wat kunnen wij, gewone mensen, doen? ‘De wapens van de vrede voldoen niet meer,’ lees ik in de krant. Er kunnen nog veel meer erge dingen gebeuren. En dat geloof ik meteen. De behoefte aan een liefdevol tegengeluid is echter groot, merk ik om me heen. Mensen in Parijs komen ondanks het samenscholingsverbod bij elkaar om kaarsen te branden en bloemen neer te leggen. Op Facebook verschijnen vredesboodschappen. We houden een minuut stilte. De Domtoren in Utrecht is in de kleuren van de Franse vlag verlicht.

Tegelijkertijd gaat het leven door. Terwijl de aanslagen plaatsvonden, zat ook ik in een café
van het leven te genieten – net als die mensen in Parijs. Mijn zoon werd achttien dit weekeind. Mijn moeder moest naar het ziekenhuis. Gewone dingen uit een mensenleven, die je doen beseffen hoe kwetsbaar je bent. Ik brand deze week elke dag een kaarsje. Voor al die mensenlevens die verloren zijn gegaan. Maar ook om vertrouwen te blijven houden in het goede en waardevolle in de mens. Hoe naïef het misschien ook mag zijn in deze tijd. Alles van waarde is weerloos.

deeldwang

Liken en sharen: de trouwe Facebookgebruiker doet het dagelijks. Het lijkt zo’n onschuldige bezigheid, maar achter het al dan niet plaatsen van het duimpje gaat een hele wereld schuil. Jaloezie, dweepzucht, boosheid, verliefdheid, angst  – ik noem maar enkele emoties die een rol spelen bij het toejuichen dan wel negeren van de boodschap van onze ‘vrienden’.

Nog interessanter wordt het als je kijkt naar ons share-gedrag. ‘Like, share en win!’ is hiervan het bekendste voorbeeld. Als jij op je timeline laat zien dat je die steigerhouten tuinbank of dat knusse bungalowpark leuk vindt, maak je misschien kans op die bank of een weekeindje weg. Je maakt reclame uit pure hebzucht. Een nobeler voorbeeld van delen is de zoekactie naar een vermist kind of gestolen fiets, of de oproep om vluchtelingen, het milieu of een ander Goed Doel te helpen. Best handig hoe makkelijk dit via Facebook gaat (hoewel Twitter in dit geval véle malen effectiever is). Het sharen van dit soort oproepen gaat weliswaar gepaard met een zekere zelfgenoegzaamheid (‘kijk mij eens goed doen!’), maar ach, het doel heiligt de middelen. Op het randje vind ik het kuddedierengedrag bij belangrijk wereldnieuws. Het tooltje waarmee je je profielfoto van een regenboog kon voorzien bijvoorbeeld, bij de legalisering van het homohuwelijk in de VS in juni 2015. Natuurlijk, ook mij stonden de tranen in de ogen bij het horen van dit mooie nieuws. Maar moet ik mijn blijdschap tonen met een regenboogfoto? Anders gezegd: moet ik bang zijn dat mijn vrienden denken dat ik tégen het homohuwelijk ben als ik mijn gewone profielfoto laat staan?

In dit soort gevallen wordt Facebook gebruikt als moreel kompas. Nou vind ik het regenboogprofiel nog een mild voorbeeld hiervan. En, het moet gezegd, het is best indrukwekkend dat van de 1,4 miljard (!) Facebookgebruikers 26 miljoen mensen tijdelijk kozen voor een regenboogvlag in hun profiel.

Woestmakend zijn pas de dwingende oproepen als ‘laat zien dat je van je kind houdt’ en ‘als ik nog 30 minuten te leven heb, zou jij dan naar het ziekenhuis komen om mij een laatste keer te zien?’ Met daarbij de dreigende connotatie ‘velen zullen dit niet delen … zo zie je maar wie je echte vrienden zijn!’ Met dit soort betweterige boodschappen leggen mensen elkaar langs een meetlat van fatsoen. Kom op zeg, mag ik asjeblieft zélf bepalen wanneer ik mijn kinderen zeg dat ik van ze houd? Dit is geen sharen, dit is deeldwang. En ik ben ertegen. Jij ook? Houd dat dan gerust voor jezelf. Je hóeft het niet te delen.

PS En dan zwijg ik nog over de stijl-, spel- en grammaticafouten en de erbarmelijke illustraties in dit soort oproepen. Maar kennelijk weerhoudt dat de gemiddelde Facebookgebruiker niet van gul en ruimhartig liken & sharen ? 

wij waren erbij!

Wat een feest was het, de Grand Départ in Utrecht! Sportevenementen doen me normaalgesproken niets. Tijdens de EK’s en WK’s voetbal, als bijna heel Nederland in oranje gehuld aan de buis gekluisterd zit, spreek ik met andere voetbalhaters af om samen ergens géén tv te kijken. Ook met de Tour de France had ik totaal geen affiniteit. Totdat ik Cor Jansen een paar maanden geleden vol vuur hoorde spreken over de betekenis van de Tour voor onze stad. Mijn nieuwsgierigheid werd gewekt.

De week voor het weekeind van 4 en 5 juli zinderde de stad van verwachting. De straten keurig geveegd, drommen toeristen, gele kraampjes met toerkoortsparafernalia. De Grand Départ was het gesprek van de dag. Vooral de vermeende onbereikbaarheid van het stadscentrum bleek een issue. ‘Kom ik mijn straat wel uit?’ ‘Fietsen én fietsklemmen in de straat worden verwijderd – wat nu?’ Voor mij begon het feest met een bezoekje aan Park Lepelenburg, op 2 juli. Een vriend meldde naar de presentatie van het Tourpeloton te gaan kijken. Ik ging mee. Het was geweldig! Geen idee wie er voorbijfietsten, maar we bléven juichen. Op weg naar huis herhaalde ik het wel zes keer: ‘Wíj waren erbij!’

Zaterdag gingen de kinders en ik op de fiets naar de Oosterkade. Dat viel nog niet mee. De Albatrosstraat, ons oversteekpunt, was afgezet. Maar vriendelijke Tourmakers wezen ons de weg. Die middag stonden we in de schroeiende hitte in de bocht bij het Ledig Erf. Ik stond helemaal vooraan en blééf maar juichen. Ja, het was 34 graden. Ja, voor de tv had ik het vast allemaal véél beter kunnen zien. Maar het draait om de belevenis: hier wilde je gewoon bij zijn! De mensen om me heen wisten precies wanneer een fietsende man eenTourfeest 4 juli Nederlander was. Ik niet. Maar wat boeide het. Ook wie er gewonnen heeft weet ik niet. Wel weet ik dat het ‘s avonds op het Domplein érg gezellig was. In de stad waren ruim 20 ‘venues’ ingericht met muziek, vlaggetjes en bier. Onder de magnifiek verlichte Dom trof ik verschillende vrienden. Wat een sfeer! Wat een saamhorigheid!

Ook zondag was ik weer op het Domplein te vinden om op een groot scherm de finish te kijken. Eerder die middag had ik de fietsende mannen bekeken op de Waterlinieweg. Het was echt een kippenvelmoment, die massa fietsers als één blok voorbij te zien flitsen. En dan te bedenken dat ze ook onder de Dom zijn doorgereden! En over de Stadhuisbrug! Met het team vanUtrecht Netwerk appten we regelmatig over onze verschillende standplaatsen, zodat we foto’s en filmpjes vanuit de hele stad op Twitter en Facebook konden plaatsen. Alles verliep vlekkeloos, het was een enórme logistieke en organisatorische operatie. Petje af! Ik was onder de indruk toen ik zondagavond op het Domplein de mannen van firma Agterberg zag langsrijden om al die 13.000 dranghekken weer te verwijderen. Wat een geoliede machine!

dranghekken verwijderen Domplein 5 juli

Ik weet het: ik zou allerlei kritische kanttekeningen kunnen plaatsen bij dit evenement. Over de torenhoge kosten en de nutteloosheid van zo’n fietswedstrijdje. Maar ach,  het gemopper over de Grand Départ heeft onze stadsbrompot Maarten van Rossem al voor z’n rekening genomen. Ik kan er niets aan doen: ik blijf enthousiast. Ons kleine stadje heeft het maar mooi gefikst. Hulde aan Utrecht! Hulde! Hulde!