Categorie archieven: boeken & artikelen

elke dag een vraag

‘Wat is jouw levensles?’ ‘Wie mis je?’ ‘Wat zou je nooit doen?’ Pittige vraagstukken vlak voor het slapen gaan. Toch beantwoord ik de vraag van de dag élke avond. Zelfs als ik om 01.30 uur thuiskom. Het is een ritueel dat ik ruim een half jaar geleden begon, toen de Sint me Elke dag een vraag – een dagboek voor 5 jaar cadeau deed. Elke dag een vraag is de Nederlandse variant van de Britse klassieker Question & Answer a day. Vijf jaar lang beantwoord je op dezelfde dag dezelfde vraag. Zo krijg je een persoonlijk verslag van een deel van je leven.

Ik schrijf al jaren dagboeken, maar dat doe ik onregelmatig. Soms schrijf ik op één dag pagina’s vol, soms schrijf ik wekenlang niet. Het voordeel van Elke dag een vraag is, dat je discipline krijgt in het dagboekschrijven. Je hebt maar zes regeltjes voor je antwoord, dus dat houdt je scherp. En de afwisseling van de vragen maakt dat je er plezier in houdt om het dagboek in te vullen.

elk dag een vraag (2)Veel vragen zijn echt de moeite waard. Van die vragen die je altijd paraat zou willen hebben tijdens een gesprek met vrienden. Of juist met een volslagen onbekende. Wat dacht je van ‘Dingen goed doen of de goede dingen doen?’ Nog los van de onderliggende vraag ‘Wat ís goed eigenlijk?’ is het een vraag waar je wel even op moet kauwen. Dat geldt eveneens voor ‘Wat is jouw visie op het leven?’, ‘Wat weet niemand over jou?’ en ‘Wat doe jij anders dan de meeste mensen?’ Leuk zijn de vragen over de dag die achter je ligt, zoals: ‘Hoe lang heb je vandaag pauze genomen?’, ‘ Wat deed je voordat je dit boek pakte?’ en ‘Wat ga je morgen doen?’

Onzinnige vragen staan er ook in. ‘Falen of nooit proberen?’ vind ik er zo één.  Voor mij is ‘falen’ niet bepaald tegengesteld aan ‘nooit proberen’, dus wat moet je met zo’n vraag? Maar dat maakt het ook weer een uitdaging om ‘m te beantwoorden. Juist die mix van alledaagse en diepzinnige vragen maakt dit boek tot een bijzonder egodocument. Nu al.

de liefde als hoogste goed

Tussen oorlog van met z’n tweeën en ontberingen van alleen zijn moet de volmaakte omgang liggen’, dichtte Elly de Waard in haar debuutbundel Afstand. Een stelling die menig (echt)paar zal onderschrijven. Het is ook mijn persoonlijke ervaring. Als samen zijn niet meer werkt, voelt alleen zijn als een bevrijding. Maar géén partner hebben is af en toe verdomde eenzaam.

De Franse filosoof Ruwen Ogien is er stellig over: ‘Romantische liefde duurt niet eeuwig. Hooguit drie jaar. Niemand is onvervangbaar, ook jouw eeuwige liefde niet.’ Ogien schreef er een boek over, Philosopher ou faire l’amour. In een uitstekend interview in Vrij Nederland (dank voor het delen, Marjan!) zegt Ogien: ‘De romantische liefde was vooral een literaire werkelijkheid. Alleen is het vandaag de norm geworden in ons dagelijks bestaan: een man en een vrouw, trouw aan elkaar en voor eeuwig verbonden.’ Ogien gelooft er niet in: ‘Die lofzang op de liefde is een soort spreekbuis geworden van een nieuw conservatief gedachtegoed (…). De liefde als hoogste goed is een rechtvaardiging om elke innovatie tegen te houden als het gaat om het huwelijk, seksualiteit en voortplanting.’ Het homohuwelijk bijvoorbeeld, waar in Frankrijk zeer heftig tegen geageerd werd. Of de opvatting ‘seks zonder liefde is slecht’. Ogien: ‘Er is geen empirisch bewijs voor de stelling dat seks per definitie beter is mét liefde. Er zijn zelfs redenen om te denken dat liefde juist een obstakel is voor bevredigende seks.’

Moeten we hierdoor bitter worden? Ik vind van niet. Ogien schetst eerder een realistisch dan een cynisch beeld. Ook ik merk ik dat ik véél kritischer ben geworden over het idee liefde is for always. Vanaf mijn 20e heb ik non-stop een man aan mijn zij gehad – het is voor het eerst dat ik maandenlang single ben. Ik ontdek nu dat ik het prima naar m’n zin kan hebben in m’n eentje. En dat alleen zijn helemaal zo deerniswekkend niet is. Ogien concludeert in het interview in Vrij Nederland: ‘Liefde is niet onbelangrijk, maar ook niet het belangrijkste in ons bestaan. Persoonlijk zou ik eerder de liefde opgeven dan de vrijheid.’ Aanvullend zou ik willen stellen: liefde is wel degelijk belangrijk, maar het komt op allerlei manieren naar je toe. Ook zónder exclusieve partner-voor-het-leven.

Feminisme? Nergens voor nodig

Is feminisme nog nodig? Nee, vinden mijn kinderen, wanneer ik de kwestie aan tafel bespreek. Mannen en vrouwen zijn verschillend en dat is prima, stellen ze. En ze hebben toch gelijke rechten? Dus feminisme – da’s compleet achterhaald.

Enerzijds hartverwarmend dat ze deze mening zijn toegedaan. Het betekent dat er goed werk is verricht de afgelopen decennia. Kennelijk zijn er m/v-rolmodellen genoeg, is het volstrekt logisch voor ze dat ze kunnen studeren wat ze willen en voelen meisjes zich niet achtergesteld bij jongens. Anderzijds vind ik het jammer dat het ‘F-woord’ zo beladen is bij de volgende generatie. Volgens mij komt het F-boek, een bundel artikelen over de stand van zaken in het hedendaagse feminisme, dan ook precies op tijd.

Op vrijdag 8 mei bezoek ik een thema-avond over feminisme van nu bij mijn favoriete boekhandel, Savannah Bay. Anja Meulenbelt en Renée Römkens vertellen er over het ontstaan van hetF-boek bij Savannah Bay F-boek. Daarnaast horen we enkele persoonlijke verhalen van jonge vrouwen die een bijdrage leverden aan het boek. Zoals Lauren Smits, mede-oprichter van Doetank PEER. Ze vertelt dat zij bij een studentenvereniging zit die liftwedstrijden organiseerde. Stelregel was dat een jongen en een meisje samen mochten liften. Twee jongens mochten dat ook. Maar twee meisjes niet. Dat zou te gevaarlijk zijn. Dit maakte Lauren boos: nog steeds wordt meisjes en vrouwen geleerd dat zíj uit moeten kijken, terwijl de oorzaak voor verkrachting niet ligt bij hen, maar bij de verkrachters – over het algemeen mannen.

Marloes Meuzelaar is een van de andere spreeksters. ‘Wat ben je? Homo, bi, single, feminist? Mensen hebben behoefte aan overzicht, aan hokjes waarin ze alles en iedereen kunnen indelen,’ zegt Marloes. Omdat ze dit hokjesdenken zat was, is ze mede-initiatiefnemer van Queer Amsterdam. Dit is een pilot voor een tv-serie waarbij alle personages zich identificeren als queer. Ze vertelt over haar eigen twijfels: is ze wel een goede feminist? En nu haar partner man is geworden, is ze eigenlijk geen lesbiënne meer, maar hetero. Of toch niet? Toen ze hierover in discussie ging met een klas vol pubers, zei één van haar leerlingen treffend: ‘Liefde kent geen hokjes.’ Ook feminisme past niet in een hokje, betoogt Marloes: het is een begrip dat telkens in beweging is, je moet het aanpassen aan de situatie, de tijd en het individu.

Veel meer onderwerpen passeren de revue. Zoals feministische sletten, rolmodellen, feminisme & religie en de strijd binnen de vrouwenbeweging zelf. In deze tijd is er bijvoorbeeld veel minder aandacht voor zwarte en migrantenvrouwen dan twintig jaar geleden. Kortom: er zijn thema’s genoeg. Want feminisme is veelkleurig en divers. Zo divers, dat veel onderwerpen niet in het F-boek konden worden opgenomen. Anja Meulenbelt zei tegen mensen die hierover hun beklag deden: ‘Je hebt gelijk. Lang niet alles staat erin. Doe er wat mee.’ Geen allerhartelijkst antwoord wellicht. Maar al die aardigheid, wat kopen we ervoor, merkt iemand in de zaal op: ‘Zolang vrouwen vinden dat ze aardig gevonden moeten worden, is feminisme nodig.’ En die kan ik in m’n zak steken.

 Meer over het F-boek van Atria / Spectrum Op de site van Atria staan meer blogs over het F-boek en m/v-zaken.

het zelfhulpboek

Praten Met Je Partzelfhulpboekenner, Mannen Komen van Mars, Vrouwen Komen van Venus, Samen Gesteld: ik laat ze allemaal door m’n handen glijden tijdens het inpakken van de verhuisdozen. Mooie boeken, maar ze mochten niet baten. Ik kan beter Scheiden voor Beginners er weer bijpakken, het praktische handboek dat ik in 2002 bij m’n echtscheiding aanschafte. Al bladerend denk ik echter: what’s new? Ongezien zet ik de titels in mijn nieuwe huis op de bovenste plank van de kast. Lezen, wat helpt het, denk ik stuurs.

Een paar weken na mijn verhuizing komt vriendin M. op bezoek. Ik zit nogal in een dip die week; ze is niet de eerste die bij me op de stoep staat om me op te beuren. Vrienden zijn werkelijk ónmisbaar in deze barre tijden. Ik krijg een flinke stapel studiemateriaal te leen. Beleefd blader ik de werkjes door en leg ze in de vensterbank. Lezen kan altijd nog, denk ik. Maar na M.’s vertrek kan ik mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen. Beweert Jan Geurtz nu écht dat veel relatieproblemen ontstaan doordat we ons afhankelijk opstellen, dat we verslaafd zijn aan liefde omdat we onszelf afwijzen? En wat heeft hij hier dan voor oplossingen voor? Ik negeer de zelfhulpgoeroe-achtige ondertitel de weg naar zelfacceptatie en geluk in relaties en lees voor het eerst sinds de zomer weer een boek. De halve nacht lees ik door; twee dagen later heb ik het uit.

Ik zit nu middenin Liefde, Lust en Ellende. Een heerlijk boek met hoofdstuktitels als ‘dumpen of gedumpt worden’, ‘ex-appeal’ en ‘singlisme’. Mét bruikbare tips bij vragen over ‘prinsessengedrag van vrouwen, slappe-zakkengedrag van mannen, scheve relaties en vrienden blijven’. En als ik Roos Vonk heb uitgelezen pak ik The 7 Myths About Love erbij dat de buurman me vorige week kwam brengen. Nee, mij hoor je niet meer spotten over het zelfhulpboek. Misschien moet ik er zelf maar eens één schrijven.